Aangezien de vouw in het midden van onze hoeslakens begrijpelijkerwijs vaker in twijfel wordt getrokken, willen we hier graag kort op ingaan. Want: het gaat hier niet om een schoonheidsfout, maar om een kwaliteitskenmerk. Deze zogenaamde "vouw" verdwijnt geleidelijk bij gebruik van het laken. Hier leggen we uit waarom het bestaat en wat het te maken heeft met goede kwaliteit.
De textielafwerking van onze stoffen is een zeer complex proces, omdat de speciale zachtheid, het uniforme oppervlak met kleine steken en de elasticiteit behouden moeten blijven ondanks wassen, bleken, verven, drogen, enz.
Onze stoffen ondergaan daarvoor een speciaal ontwikkeld textielafwerkingsproces. Het product wordt op een bijzonder zachte manier in een buis behandeld.
Dat betekent: We breien onze stoffen op grote cirkelvormige breimachines naar een extreem lange slang. Deze slang wordt plat opgerold tot grote balen. Wanneer men op een ronde slang plat drukt, ontstaan twee kanten links en rechts. Een van deze randen loopt later als een lijn over het voltooide laken.
Onze stoffen worden vervolgens verrijkt, nog steeds als een slang. Dat wil zeggen, geverfd, uitgerust met Aloë Vera enz.
Eerst voor de volgende stap, de confectie, dwz het naaien van het hoeslaken, wordt de stof van de baal uitgerold en aan een kant gesneden. Daarmee is de ene vouw dus verdwenen.
Nog een keer figuurlijk gesproken: na een paar dagen snijdt u de platte kartonrol aan een vouwkant af en legt dir uitgevouwen op tafel. U hebt nu een rechthoek voor u met een centrale, lange vouw.
Zo ontstaat de "plooi" of "boogmarkering" op onze hoeslakens. Een fijne vouw ongeveer in het midden van onze lakens. Maar maakt u zich geen zorgen, in tegenstelling tot de kartonnen rol zal de vouw uit onze vellen verdwijnen door wassen en gebruiken.